De columns van Stef Smulders op DitisItalie.nl
Stef Smulders is een gewaardeerde columnist bij de website DitisItalie.nl en deelt regelmatig zijn avonturen en ervaringen in het prachtige Italië. Met name de Oltrepò Pavese-streek, waar hij woont, is een bron van inspiratie voor zijn verhalen. Als lezer word je meegenomen in zijn zoektocht naar een (tweede) huis, inclusief de uitdagingen van het vinden van een hypotheek en het samenwerken met Italiaanse makelaars.
Maar niet alleen vastgoedgerelateerde onderwerpen passeren de revue. Stef beschrijft ook zijn dagelijkse leven in Italië, waarbij hij de verschillen tussen de Italiaanse en Nederlandse cultuur belicht. Zo kom je meer te weten over de tradities rondom het gezamenlijk eten van pizza en andere heerlijke Italiaanse gerechten, waar de Italianen zo trots op zijn.
Deze columns zijn doorspekt met authentieke Italiaanse uitdrukkingen en zegswijzen, zoals persone serie, di fiducia, non ci sono problemi en het beruchte domani, dat niet 'morgen' betekent maar 'vandaag niet'. Het is een lust voor het oog en oor om deze taal en cultuur beter te leren kennen.
Tot slot neemt Stef je mee op reis naar prachtige steden en streken zoals Pavia, Piacenza en Brescia en natuurlijk de Oltrepo Pavese zelf. Ook het mooie vakantie-eiland Sardinie komt aan bod. Door zijn boeiende schrijfstijl en zijn liefde voor Italië, weet Stef je te overtuigen om zelf ook deze prachtige bestemming te ontdekken.
Hieronder staan een aantal beginfragmenten, die u bij doorklikken kunt verder lezen. In de kolom hiernaast staan alle tot nu toe verschenen columns.
Verwarrende woorden en uitdrukkingen - Deel 5
Sinds ik in Italië woon, ontdek ik soms woorden en zegswijzen die ik tijdens de lessen Italiaans die ik gevolgd heb nooit tegen ben gekomen, waarschijnlijk omdat ze te onbelangrijk waren. De harde grammatica ging voor! Maar vaak zijn dit soort kleinigheden juist heel aardig om te weten. Hierbij het 5de en laatste deel, van T t/m Z.
T van Tamponata
Ik kwam net bij de grote Castorama-bouwmarkt vandaan en wilde met mijn wagen volgeladen de provinciale weg naar Broni oprijden. Voor me op de invoegstrook stond een andere auto te wachten op een gaatje in de voorbijrazende stroom verkeer.
De vormgeving van de strook was dermate ongelukkig dat je je hele nek moest verdraaien om te kunnen zien of er verkeer aankwam. De auto voor mij trok op en ik gaf een beetje gas terwijl ik mijn hoofd dus tot het uiterste omdraaide om te kijken of ik gelijk kon meeliften. Ja, er was ruimte genoeg, zag ik en keek weer voor me, klaar om meer gas te geven, achter mijn voorganger aan die zich inmiddels ongetwijfeld op de provinciale weg bevond.
Maar nee! Die stond nog steeds op de invoegstrook. Stokstijf stil. Voor ik kon remmen zat ik al tegen de achterkant van mijn voorligger aan. Shit! Wat nu? Dit was wat ik altijd al had gevreesd. Niet de schade baarde me zorgen, maar de administratieve afwikkeling.
O, gelukkig, de andere bestuurder was een vrouw, zag ik. Dat verminderde de kans op ruzie. Een vooroordeel? Misschien, maar het klopte wel: zij was onzeker en wist ook niet wat er moest gebeuren. We wisselden dus maar naam, adres en telefoonnummer uit en vervolgden ieder onze eigen weg.
Ik ging gelijk naar mijn verzekeraar Generali, waar ze mij bestraffend toespraken: er moet altijd een schadeformulier ingevuld worden! Gelukkig wilde de vriendelijke, want vrouwelijke medewerkster dat deze keer nog wel voor mij doen.
Wat was er precies gebeurd? Nou, begon ik, en stamelde mijzelf zo goed en zo kwaad als dat ging (begeleid door handgebaren) door een beschrijving heen. „Aha, una tamponata,” concludeerde de verzekeringsagente. Een tamponata, dacht ik, wat een raar woord. Je zou bijna denken dat de Italiaanse taal aan wil geven dat dit alleen vrouwen kan overkomen.
Na een kwartiertje was het formulier compleet en mocht ik weg. Ik kwam met mijn bouwspullen thuis, waar aannemer Torti mijn auto misprijzend bezag. „Che cosa è successo?” wilde hij weten, nieuwsgierig als altijd. „Una tamponata,” zei ik, trots op mijn nieuwverworven taalkennis. Wie was die ander? wilde Torti weten. „Una donna,” zei ik. „Ah sì,” reageerde Torti op een toon die „Een vrouw, een tamponata, wat had je anders verwacht?” leek te betekenen.
U van a U
„Fai un inversione… se è consentita,” zei de mannelijke stem van onze routenavigator. We hebben het ding al sinds we in Italië wonen op Italiaans staan, zodat we ons verkeersvocabulaire spelenderwijs en desnoods met gevaar voor eigen leven uit kunnen breiden. Maar we begrepen nog steeds niet alles. Wat zei de beste man nou na inversione?
Het klonk als een op zijn Italiaans uitgesproken Nederlandse pijnkreet: au! Maar au is ahi in het Italiaans. Misschien was het weer een van de foutjes in de software: we hadden er al enkele ontdekt.
We besloten een advies te negeren als we het niet vertrouwden, maar dan begon het systeem steeds te protesteren met de eerder aangehaalde pijnkreet: „Fai un’inversione! Au!” Pas onlangs, na deze noodkreet tientallen keren gehoord te hebben, drong het tot ons door: wat de stem zei was „Fai un’inversione a U, se è consentita. Maak een U-bocht wanneer dat is toegestaan.” Aha!
V van Ventiquattrore
Tijdens bijna elke uitzending van het Italiaanse journaal op televisiezender Rai Uno, Tg1, komt het beeld wel even voorbij: dat van de wandelende aktetassen of van de steekkar volgeladen met uitpuilende dossiers.
Beelden die altijd vanaf de heup geschoten zijn: de eigenaren van de tassen (politici, advocaten, notarissen?) zie je niet, net zomin als de ongetwijfeld rood aangelopen hoofden van de ambtenaren die zwoegend de zware dossiers verplaatsen.
De nieuwsitems waarbij deze beelden di solito, gewoonlijk, getoond worden, betreffen omkoping, belastingontduiking, afpersing en andere criminele witteboordenactiviteiten. En omdat deze zaken in Italië haast wel core business lijken, is er in bijna elke nieuwsuitzending wat smeuïgs te melden.
De lijdende voorwerpen van de beschuldigingen en het justitieel onderzoek willen meestal niet in beeld (ze laten hun woordvoeders buiten de camera verklaren dat ze sereno zijn, dat wil zeggen: zo onschuldig als een pasgeboren baby) dus hoe verluchtig je dan het onderwerp?
Maar alles wat op het tv-scherm verschijnt, dient te bewegen, zo luidt de ijzeren kijkcijferwet. Aktetassen en dossiers, moeten de Italiaanse redacteuren hebben gedacht. Dag in, dag uit, steeds weer andere sequenties van wandelende tassen en rijdende karren.
Zou er een speciale cameraploeg voor zijn, die er iedere dag nieuwe beelden van schiet? Wie weet. Een aktetas is in het Italiaans in ieder geval een portadocumenti of, veel leuker, een ventiquattrore, een vierentwintiguurtje. Dat laatste past perfect bij de dagelijkse, vierentwintiguurse verschijning van dit accessoire op het tv-journaal.
W van Würstel
De van oorsprong Duits-Oostenrijkse krimi Kommissar Rex, waarin de herdershond Rex een belangrijke rol vervult, is ongekend populair in Italië. Zo populair dat er zelfs een speciale Italiaanse versie van gemaakt is.
Het is een leuke serie om je luistervaardigheid te oefenen en ik heb hele seizoenen bekeken. Zo kom je erachter dat het Duitse woord voor worstje, Würstel, zijn intrede in het Italiaanse idioom gedaan heeft. De politiecommissarissen van het bureau waar Rex verblijft, kopen tussen de middag altijd een broodje worst en er is er natuurlijk ook steeds een voor de trouwe herder bij.
Soms leidt de vermenging van de Oostenrijks-Duitse achtergrond met het Italiaans bij mij echter tot verwarring. Zo gaat men af en toe naar Monaco voor verder onderzoek in een zaak en iedere keer vraag ik me dan weer af wat ze toch in dat miljonairsstaatje moeten. Tot het voor de zoveelste keer tot me doordringt dat Monaco (ook) de Italiaanse naam voor München is. Hè, verdorie, er wéér in getrapt.
X van X-stra
Het Italiaans kent de X niet als eigen letter, in tegenstelling tot het Venetiaanse dialect. In het officiële Italiaans is zelfs het voorvoegsel ‘extra’ veritaliaanst, zodat de x niet meer zichtbaar is, tot stra-: straordinario, bijzonder, stravecchio, extra oud, straparlare, kletsen, strabere, zuipen, stravaganza, extravagant, en strapagare, teveel betalen. Dat laatste komt van alle stra-woorden het minst in de praktijk voor.
Z van Zanzariera
We zaten in een kooi. Een kooi van gaas. Muggengaas. Het was het duurste restaurant van de hele provincie Pavia, Vecchia Pavia Il Mulino. Het lag vlak naast het schitterende Certosa-klooster dat het als bezienswaardigheid in de Michelingids voor niet minder dan 3 sterren doet.
Ook het restaurant scoorde hoog in de gastronomische ranglijsten en dat zag je aan de deftige bediening en aan de prijzen in het menu. Het was hoogzomer en drukkend warm, en buiten eten is dan een pre en dat kon natuurlijk bij dit klasse-etablissement, maar dan wel achter gaas.
Het hele ruime terras was afgesloten met heel fijnmazig zwart muggengaas, een zanzariera. Aan de buitenkant zagen we tientallen muggen zitten die begerig naar binnen keken: niet naar de heerlijke schotels maar naar ons, de warmbloedige eters.
Waar komen al die muggen vandaan, vraag je je af als je voor het eerst in dit gebied komt. Maar dat is geen groot raadsel: de fameuze risottorijst wordt hier op grote schaal geteeld. De rijstvelden staan tot aan het begin van de zomer onder water en vormen daardoor een ideale kweekvijver voor muggen.
Als je er ’s avonds op de smalle dijkweggetjes rijdt, zie je de wolken muggen in de lichtbundels van je koplampen dansen. Snel! Raampjes dicht!
Meer gekke Italiaanse woorden vind je overigens in mijn derde boek ‘Nog Meer Italiaanse Toestanden’, verkrijgbaar bij onder andere bol.com en de plaatselijke boekhandel.
Een Italiaan in Nieuwegein
O jee, moet het meisje dat ons kwam bedienen gedacht hebben. O jee, een echte Italiaan in huis, eentje die onverstaanbaar Italiaans spreekt, wat nu, help, alarmfase één! Maar aan haar collega, de man achter de toonbank naar wie ze paniekerig keek, had ze natuurlijk niets. Dat ook hij geen Italiaan was konden afleiden uit de spelling van de naam van de eetgelegenheid: ‘Pizza é Pasta’.
In Nederland worden veel Italiaanse restaurants nu eenmaal niet gerund door personen die van oorsprong uit het laarsvormige land aan de Middellandse Zee komen. Het zijn vaak andere zuiderlingen die met minder loon naar werken genoegen nemen zodat de pasta’s en pizza’s lekker betaalbaar blijven voor de zuinige Nederlander. Pasta’s koken en pizza’s bakken kan tenslotte iedereen. En voor de perfecte espresso’s en cappuccino’s heb je een apparaat.
Desolaat winkelcentrum
En dus was er zelfs in het ’s avonds totaal verlaten en desolate winkelcentrum van Nieuwegein nog wel ’een Italiaan’ te vinden. We moesten er wel even naar zoeken, want het restaurant bevond zich niet in de felverlichte overdekte winkelstraat en ook niet op het openluchtplein met de gezellige betonnen zitkuil of op het marktplein boven de parkeergarage. Nee, het lag vrij onopvallend tussen de goedereningangen van de winkels aan de onverlichte buitenkant van ‘City Plaza’, zoals de gemeente het winkelcentrum destijds (begin jaren ’80) noemde in de hoop de jonge gemeente meer ‘body’ te geven en op te stoten in de vaart der volkeren.
Aangeklede snackbar
Na een uurtje ronddwalen in het duister vonden we het etablissement uiteindelijk en strompelden er uitgehongerd naar binnen. Een aangeklede snackbar, meer was het eigenlijk niet. Ik maakte me meteen zorgen. De afgelopen dagen van ons korte verblijf in Nederland was al gebleken hoe moeilijk het was om een Italiaan tevreden te stellen met het voedsel dat de gérants hun klanten voorschotelden.
De eerste avond in het natte polderland dacht ik Roberto (en de die avond ook aanwezige twee kompanen van hem) aangenaam te verrassen door bij het in Utrecht gevestigde ’echt’ Italiaanse restaurant San Siro te reserveren: de naam van het stadion waar zijn geliefde Milan speelt. Dat moest hem wel aanspreken toch?
De Nederlandse deelnemers aan de dis (wij tweeën plus schoonzus en zwager) waren heel enthousiast over wat de kok ons voorzette, maar de Italianen hadden wel wat bezwaren. Vooral de pasta moest het ontgelden: 4 of 5 ravioli op een groot bord, daar kun je je honger toch niet mee stillen!
Gelukkig was de wijn prima (maar overprijsd net als het totale diner, aldus de Italianen, niet gewend aan de gemiddelde horecaprijzen in Nederland) en dat was een hele opluchting, want de ramp met de Nero d’Avola in de bistro van Theater Carré van een paar jaar geleden werd door Roberto nog vaak en gretig aan ons opgedist.
Nog gelukkiger was het dat de roodbaars Roberto zeer had bekoord. Het oordeel van de fijnproevers viel mij al met al nog niet tegen.
Het moest en zou een Italiaan zijn
Met enige aarzeling was ik daarom toch maar aan het Nieuwegein-avontuur begonnen. Je moest toch ergens eten tenslotte en de tegen beter weten in door mij voorgestelde Chinese, Thaise of andere exotische keukens ’serveerde’ Roberto rücksichtslos af. Slecht voor de ingewanden! Het zou en moest een Italiaan zijn. Het werd dus het door de ligging goed verborgen gehouden Pizza é Pasta.
Toen we na enig gemanoeuvreer eindelijk aan een krap tafeltje bij het raam van de mediterrane snackbar zaten, kwam de vriendelijke serveerster op ons af en schrok zich dus een hoedje toen ze ons, Nico en ik en Roberto Italiaans hoorde praten.
We kregen het menu (een geplastificeerde kaart) en ze vroeg of we iets wilden drinken. Rode wijn, uiteraard. Wat voor wijn was er in huis? wilde Roberto weten. Oei, daar was het meisje niet op berekend. Rode wijn is rode wijn toch?
Primieritivo
Ze ging het even navragen maar toen ze aan ons tafeltje terugkeerde was ze de naam in de zenuwen alweer bijna vergeten. ‘Een priMIEritivo,’ hakkelde ze. Wij keken elkaar aan maar voor we iets konden antwoorden, stamelde het meisje alweer voort. ‘Maar daar hebben we nog maar één fles van en die is al open.’ Roberto fronste. Een geopende fles? Nee. ‘Anders hebben we nog een Siera of zo iets, geloof ik,’ zei het meisje gauw om onze bezorgde blikken te doen verdwijnen. ‘Wacht, ik vraag het even na.’ En weg was ze weer.
‘Eh ja, van die Siera hebben we nog maar een kwart fles,’ deelde het meisje ons mee nadat ze was teruggekeerd. ‘Maar ik mag aanbieden dat als u de Primi… de al open fles neemt, u dat kwart Siera er gratis bij krijgt.’
Roberto’s blik nadat we dit voor hem vertaald hadden was niet gratis, maar onbetaalbaar. ‘Een geopende fles en dan een restje van een andere wijn erbij? Niet te geloven!’
Maar wel waar. Uiteindelijk kwam er warempel toch nog een hele fles Italiaanse rode wijn tevoorschijn, een… Nero d’Avola. O god nee, niet weer, dachten wij. Gelukkig bleek deze weliswaar niet echt goed maar net aan drinkbaar. Beter dan die van de bistro.
Enschede
De pasta’s die we voorgezet kregen waren minder, eentonig en flauw. Toen ik van verveling op een gegeven even op het etiket van de wijnfles keek verslikte ik me bijna.
‘Wat is er?’ vroeg Roberto, die me met grote ogen aankeek.
‘Weet je wat hier staat?’ vroeg ik hem.
‘Nee,’ zei hij, nu nog verbaasder.
‘Deze Nero d’Avola is imbottigliato a… Enschede.’
Willem Wilmink wist het al: ‘Het is het eindpunt van de trein, bijna geen mens hoeft er te zijn, bijna geen hond gaat zover mee: Enschede.’
Italiaanse toestanden: een dubieuze aanvraag
Tingelingeling. De beltoon van mijn mobieltje. O jee, een Italiaans nummer. Neem ik op of druk ik ’m weg? dat is de eeuwige vraag. Veel zin in een gesprek heb ik niet in want meestal is het reclame of gezeur. En als het al een in onze bed en breakfast geïnteresseerde persoon is dan leidt het tot een hoop gevraag en geantwoord maar in 9 van de 10 gevallen uiteindelijk tot niets. Maar goed, je weet het nooit zeker dus ik neem deze keer weer eens op. Met een zucht, dat wel.
‘Buongiorno, sono Claudio. Disturbo?’ Een aangename, verzorgde stem die zich meteen excuseert voor de verstoring. Dat valt mee.
‘No, no, va bene,’ antwoord ik.
‘Grazie, molto gentile,’ gaat de man beleefd verder en legt omstandig uit dat hij op dit moment met vrouw en 3-jarig kind tijdelijk in Finale Ligure verblijft, in afwachting van het gereedkomen van zijn nieuwe huis nabij Voghera in de Oltrepò.
Het probleem is dat de oplevering van dat huis onverwacht is uitgesteld en dat hij niet langer op het huidige adres kan blijven. Gezocht: een appartement voor de hele komende maand, vanaf morgen. Hebben wij dat beschikbaar?
Het relaas klinkt mij aannemelijk en ook wel als een muziekje in de oren (Money, Money, Money) en ik raadpleeg meteen onze boekingsagenda. Er is een probleempje: dat het kleine appartement tot komende woensdag was geboekt wist ik uiteraard maar halverwege de maand had (o ja!) iemand ook het grote appartement gereserveerd. Geen van beide dus de hele maand vrij.
Ik leg het voor aan keurige Claudio en stel voor dat hij tot woensdag in het kleinere appartement kan verblijven om vervolgens de rest van de maand het grotere te nemen. Claudio vindt het prima zolang er maar een lavatrice is.
‘O nee,’ zeg ik, ‘in het kleine appartement niet’, want ik haal voor de zoveelste keer de namen lavatrice (wasmachine) en lavastoviglie (vaatwasser) door elkaar. Gelukkig schrikt mijn negatieve antwoord Claudio niet af: het blijkt zowaar een inschikkelijke kerel! Hij gaat overleggen met de vrouw.
Als ik ophang kijkt Nico mij met nieuwsgierige ogen aan. ‘Wie was dat?’
‘Iemand die de hele maand wil boeken, vanaf morgen.’
‘O, dat is mooi,’ zegt mijn echtgenoot blij. ‘Extra geld is mooi meegenomen.’
Even later appt Claudio met de vraag of ik de exacte positie van onze B&B kan doorgeven. Hij wil in de loop van de middag langskomen, als dat mogelijk is en niet te verstorend, want het is tenslotte zondag. Hij blijft uiterst beleefd en gaat bij wijze door de knieën van dankbaarheid als ik laat weten dat het geen probleem is.
In de tussentijd is Nico een wandeling met Tosca gaan maken en als hij terugkeert begint hij enigszins opgewonden te vertellen: ‘Ik kwam Roberto en Antonica tegen en vertelde ze van de lucratieve aanvraag. Antonica zei meteen dat ze bij het agriturismo Milagro waar ze werkt een maand of wat geleden ook een dergelijke aanvraag hadden gehad.’
‘Een jong stel met een kind van 3, met eenzelfde verhaal over een huis in aanbouw. Deze gasten hadden een puinhoop achtergelaten en slechts na heel veel aanmaningen betaalden ze, in 3 termijnen, terwijl het ging om een bedrag van slechts 500 euro!’
Ik frons mijn wenkbrauwen. Zouden het echt dezelfde mensen zijn? Ik kan het niet geloven.
'Volgens Antonica en ook Roberto die ze ook had gezien is die Claudio vast en zeker dezelfde persoon,’ vervolgt Nico. ‘Zijn naam herinnerden ze zich niet maar de vrouw heet Barbara, dat wist Antonica zeker. En ze hadden een witte auto. Peugeot 108, zei Roberto. Niet aan beginnen, zeiden ze, hun honden hebben zelfs de meubels aangevreten.’
‘Godsamme,’ zeg ik. ‘Maar hadden ze dus honden? Daarover heeft die Claudio niks gezegd.’
‘Ja, twee.’
Ik besluit Claudio uit de tent te lokken en stuur hem een berichtje met de vraag of ze toevallig ook honden meenemen. Hij belt meteen op en zegt op rustige toon dat hij één hond heeft, een tweede is pas overleden. Maar deze hond is heel braaf en gehoorzaam en bezorgt nooit overlast.
‘Weet je wat, ik stuur wel even een filmpje, dan kun je gelijk zien op wat voor mooie plek we hier verblijven,’ zegt hij ten slotte. In grote verbazing blijf ik achter. Een filmpje, waarom? Wat interesseert mij die plek? Nou ja, ik wacht het wel af. Wie weet word ik er iets wijzer van.
Enige minuten later ontvang ik warempel een videootje. Ik speel het af en hoor de sonore, vertrouwenwekkende stem van Claudio die door het appartement wandelt. Op het balkon ligt inderdaad de o zo brave hond.
In de tuin achter het huis zie ik iemand op een luchtbed drijven. ‘Ciao, Barbara!’ roept Claudio. Op de parkeerplaats aan de zijkant staat een witte Peugeot 108. In reactie op deze huisvideo vraag ik Claudio heel brutaal of ze al eens eerder in de Oltrepò verbleven. Ja, dat klopte. Ook bij agriturismo Milagro?
‘Dat zou kunnen,’ zegt hij, ‘we zijn op zoveel plekken geweest.’
De overeenkomsten beginnen wel erg toevallig te worden maar ik begin me ook af te vragen waarom ze mij dit alles vertellen als ze ons eigenlijk willen oplichten.
‘Pling!’ Een appje van Roberto. ‘Antonica heeft het nog even bij haar werkgever gecheckt en die gasten heten inderdaad Claudio en Barbara. En ze hadden twee honden.’
Dus dezelfde namen, dezelfde gezinssamenstelling, dezelfde auto, hetzelfde verhaal. Oef. Snel laat ik aan Claudio weten dat we ervan afzien. Kennelijk beseft hij dat we het slechte nieuws van de gastheer van een van zijn vorige verblijven hebben gehoord want hij reageert niet meer. Op zoek naar een volgend adres?
Wanneer we hierover later nakaarten met Roberto (‘Die lui zijn gegarandeerd op de vlucht voor iets of iemand, de belastingdienst of politie’) en ik heel onschuldig beken dat ik Claudio verteld heb over de agriturismo waar Antonica werkt en daarbij de naam, Milagro, expliciet genoemd heb, reageert hij geschokt: ‘Ma noooo, non dovevi farlo, dat had je niet moeten doen.’
‘Perché no?’ zeg ik, verbaasd als ik ben over Roberto’s reactie. Hij schudt daarop alleen zijn hoofd. Dit is kennelijk weer eens een van de cultuurverschilletjes die af en toe opduiken. Als directe (botte?) Nederlander confronteren we Claudio zonder omwegen recht voor zijn raap met de waarheid, terwijl een Italiaan er de voorkeur aan geeft omzichtig te werk te gaan. Zelfs als het (vermoedelijk) om een wanbetaler/oplichter gaat. Wat is beter? Dat hangt waarschijnlijk van de situatie af. In dit geval was onze werkwijze snel en efficiënt!
Tot nu toe verschenen columns
klik op het pijltje om een aflevering te openen
Verwarrende woorden en uitdrukkingen 5 ►
Verwarrende woorden en uitdrukkingen 4 ►
Verwarrende woorden en uitdrukkingen 3 ►
Verwarrende woorden en uitdrukkingen 2 ►
Verwarrende woorden en uitdrukkingen 1 ►
6 belangrijke wielerwedtrijden in Italie ►
Een Italiaan in Nieuwegein ►
9 redenen om Brescia te bezoeken►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 6 ►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 5►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 4►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 3►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 2►
Een vakantiehuis zoeken op het Internet 1►
Het Echte Italie►
Een dubieuze aanvraag►
De vaccinatie ►
Een traditioneel menu uit de Oltrepo 4►
Een traditioneel menu uit de Oltrepo 3►
Een traditioneel menu uit de Oltrepo 2►
Een traditioneel menu uit de Oltrepo 1►
Bij de Mille Miglia►
Bella Ciao►
De elektriciteitsmasten►
11 redenen om Piacenza te bezoeken►
Hoe gaat het nu met ons huis►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 15►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 14►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 13►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 12►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 11►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 10►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 9►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 8►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 7►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 6►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 5►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 4►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 3►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 2►
Op zoek naar een nieuw huis in Italie 1►
De oorkaars►
Boetedoening bij de carabinieri►
First Dates in Italie►
Dopo il silenzio►
10 redenen om Pavia te bezoeken►
Sport Management►
Een onaangename ervaring ►
Eindelijk Italianen, of toch niet?►
Italiaanse coronatoestanden►
Italiani in Olanda►
Che cazzo!►
Naar de opera ►
Clandestino ►
Acquabona►
Povera Italia!►
Puntuale! Italianen en op tijd komen►
Belastingen, betalen of niet?►
Het Italiaanse rijbewijs►
Wandelingen door Rome►
Byzantijnse toestanden►
Gremlins ►
Fesserie►
Domenico Modugno►
Canne al vento►
Una giornata particolare►
Oltrepò Pavese: 7 redenen om deze streek te ontdekken►
Trump, de Amerikaanse Berlusconi? ►
Napels, een duivels paradijs►
Gescheiden kamers►
Padre padrone, een Italiaans meesterwerk►